Voorbeelden
Voorbeeld 1: Vind de GGD van 60 en 20.
Oplossing:
Priemfactorisatie van 60: 60 = 2, 2, 3, 5.
Priemfactorisatie van 20: 20 = 2, 2, 5.
Neem de kleinste macht van gemeenschappelijke priemfactoren en vermenigvuldig ze met elkaar om de GGD te krijgen.
Daarom is GGD(60, 20) = 20.
Voorbeeld 2: Vind de GGD van 24 en 36.
Oplossing:
Priemfactorisatie van 24: 24 = 2, 2, 2, 3.
Priemfactorisatie van 36: 36 = 2, 2, 3, 3.
Neem de kleinste macht van gemeenschappelijke priemfactoren en vermenigvuldig ze met elkaar om de GGD te krijgen.
Daarom is GGD(24, 36) = 12.
Voorbeeld 3: Vind de GGD van 72 en 90.
Oplossing:
Priemfactorisatie van 72: 72 = 2, 2, 2, 3, 3.
Priemfactorisatie van 90: 90 = 2, 3, 3, 5.
Neem de kleinste macht van gemeenschappelijke priemfactoren en vermenigvuldig ze met elkaar om de GGD te krijgen.
Daarom is GGD(72, 90) = 18.
Oefening
1. GGD(36,48) = 12
2. GGD(42,63) = 21
3. GGD(81,108) = 27
4. GGD(60,72) = 12
5. GGD(16,24) = 8
6. GGD(12,50) = 2
7. GGD(8,100) = 4
8. GGD(20,24) = 4
9. GGD(27,15) = 3
10. GGD(15,75) = 15